Zware beroepen

update 14 januari 2023
Welke beroepen zijn zo zwaar dat je eigenlijk eerder met pensioen zou moeten kunnen gaan? In diverse Europese landen, zoals Oostenrijk en België, hebben ze al een lijst met zware beroepen. In Nederland bestaat er geen officiële lijst met zware beroepen en zal deze er ook niet komen. Wel is het mogelijk om op decentraal niveau regelingen te treffen voor mensen met een zwaar beroep. Demografen pleitten er onlangs voor om lager opgeleiden eerder te laten stoppen met werken. Maar ook verzekeraars maken onderscheid tussen beroepen waarbij sommige risicovolle beroepen steeds moeilijker te verzekeren zijn. Wat maakt een beroep zwaar? Wat zijn veelvoorkomende zware beroepen? En zal robotisering ervoor zorgen dat beroepen steeds minder zwaar worden?

dakdekker

Lijst van zware overheidsberoepen in België

In België hebben ze vier criteria die bepalen of een beroep als zwaar kan worden gekenmerkt. Deze zijn: fysieke zwaarte van het werk, onregelmatige uren, veiligheidsrisico’s en stress. Sommige beroepen voldoen aan alle vier de kenmerken, zoals een militair. Maar ook een verpleger scoort hoog op een aantal van deze kenmerken. Voor een leerkracht geldt dit weer in mindere mate. De lijst met beroepen in België bestaat overigens alleen uit overheidsberoepen omdat vakbonden en bedrijven het niet eens kunnen worden over een lijst met zware beroepen in de private sector. De lijst met overheidsberoepen in België bestaat onder andere uit een luchtverkeersleider, militair, politieagent, brandweerman, loods, vuilophaler, treinbestuurder, verpleger, cipier, bus- en tramchauffeur, rangeerder, douanier en een leraar.

 

Zware beroepen in Oostenrijk en andere Europese landen

Oostenrijk hanteert een lijst van zware 180 beroepen. Het hanteert daarbij de volgende criteria. Een werknemer dient in zijn of haar werk dagelijks 2.000 calorieën (mannen) of 1.400 calorieën (vrouwen) te verbruiken. In Oostenrijk maken ze voor het bepalen van de zwaarte van het werk dus onderscheid tussen mannen vrouwen. Het label ‘zwaar werk’ geldt daarnaast voor verpleegkundigen en voor mensen die ‘s nachts, in de hitte, in de kou of in ploegendienst werken. Het criterium stress, dat ze in België wel hanteren, geldt in Oostenrijk niet. Op de lijst met beroepen waarbij je volgens Oostenrijk meer dan 2000 calorieën per dag verbruikt staan onder andere een bouwvakker, betonstaalvlechter, bagagemedewerker, bandenmonteur, en rioleur. Op de lijst met beroepen waarvoor je dagelijks 1400 tot 2000 calorieën per dag verbruikt staan beroepen als serveerster, kok, masseur en meubelmaker.

Uit een studie van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) blijkt dat de volgende Europese landen momenteel een vervroegd pensioen kennen voor zware beroepen: Bulgarije, Estland, Finland, Frankrijk, Italië, Kroatië, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië en Spanje. Maar uit dezelfde studie blijkt ook dat er landen zijn waar men juist af wil van een lijst met zware beroepen of deze al heeft afgeschaft. Het gaat daarbij om de landen Letland, Litouwen, Hongarije en Slowakije. In Nederland lijkt er geen lijst met zware beroepen te komen.

 

Waarom is er geen lijst met zware beroepen in Nederland?

In Nederland is er geen officiële lijst met zware beroepen. Wel komt er een subsidieregeling voor uitkeringen aan werknemers in zware beroepen. Sectoren kunnen dan zelf aangeven voor welke specifieke groepen doorwerken tot de AOW-leeftijd te zwaar is. De overheid bepaalt dus niet zelf wat zwaar werk is.

Volgens voorzitter Piet Fortuin van CNV Vakmensen is het bijna niet te doen om het op centraal niveau eens te worden over een lijst met zware beroepen. "Iedereen is het er wel over eens dat mensen die in de bouw werken een zwaar beroep hebben. Maar er zijn ook heel veel beroepen die sommige mensen zwaarder vinden dan anderen. Het werk van een verpleegster op de eerste hulp is qua belasting en stress anders dan het werk van een verpleegkundige in een verzorgingstehuis. En hoe zwaar is het beroep van een verpleegkundige in vergelijking met een dakdekker of docent in het voortgezet onderwijs?” Daarom is het nu mogelijk om op decentraal niveau, bijvoorbeeld via een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) afspraken te maken. Het CNV vindt dat je daarbij moet kijken hoe je ervoor kunt zorgen dat werknemers op een gezonde manier hun pensioenleeftijd kunnen halen. Dat kan volgens Fortuin op heel veel verschillende manieren. “Werkgevers en werknemers moeten hiervoor met elkaar in overleg en afspraken maken. Dat kan op cao-niveau voor hele sectoren en branches, maar ook binnen afzonderlijke bedrijven.” Fortuin noemt ook een paar voorbeelden. “Scholing maakt mensen flexibeler. Maar binnen het werk zelf is er ook veel mogelijk. Bij fysiek zware beroepen moet je bijvoorbeeld goed kijken naar voldoende afwisseling, rusttijden en werktijden.”

Werkgevers hebben er volgens de CNV Vakmensen-voorzitter ook een belang bij om werknemers gezond naar hun pensioenleeftijd te helpen. “Als je als werkgever van mening bent dat werknemers op een gegeven moment te oud zijn voor een bepaalde activiteit, dan moet je hierop anticiperen. Door er bijvoorbeeld voor te zorgen dat zij ergens anders aan de slag kunnen. Maar het beste zou natuurlijk zijn dat medewerkers hun werk kunnen blijven doen. Ook als werkgever zou je niet moeten willen dat jouw mensen vroegtijdig en uitgeblust de arbeidsmarkt verlaten. Dat is slecht voor iedereen.” Toch kan het voorkomen dat er voor sommige mensen of groepen werknemers een vervroegd pensioen gewenst of nodig is. Werkgeversorganisaties kunnen dan samen met werknemersorganisaties voor bepaalde werknemers een vertrekregeling maken wegens de zwaarte van het werk. Vanaf drie jaar voor pensionering, dus de AOW-leeftijd, mogen werknemers dan eerder stoppen met werk. Dit kost natuurlijk wel geld. Hiervoor is nu een subsidieregeling getroffen. Daarnaast hoeven werkgevers minder snel een boete te betalen als werknemers eerder stopten met werken. Deze regeling is vooral gunstig voor laagbetaalden, waar doorgaans veel zware beroepen onder vallen. In cao's kunnen nog aanvullende afspraken gemaakt worden over de vertrekregeling.

 

Moeten lager opgeleiden eerder met pensioen dan hoger opgeleiden?

Demografen van het demografisch instituut Nidi pleitten er onlangs voor om de pensioenleeftijd te laten afhangen van iemands opleidingsniveau. Uit diverse studies blijkt namelijk dat laagopgeleiden gemiddeld eerder beginnen met werken, over het algemeen fysiek zwaarder werk doen en korter leven. In plaats van te werken met een lijst met zware beroepen zou volgens de demografen het opleidingsniveau bepalend moeten zijn voor iemands pensioenleeftijd (ook wel AOW-leeftijd genoemd). Omdat lager opgeleiden eerder beginnen met werken kunnen zij ook eerder stoppen en hebben zij gemiddeld genomen even lang gewerkt als hoger opgeleiden. De koppeling van iemands AOW-leeftijd aan opleidingsniveau is echter lastig uitvoerbaar. Heel praktisch weet de landelijke overheid bijvoorbeeld niet van alle Nederlanders welke opleiding zij hebben genoten. Een ander bezwaar tegen een onderscheid op basis van opleidingsniveau is dat er ook hoger opgeleiden zijn met zware beroepen. Bijvoorbeeld een hbo-verpleegkundige en een verkeersleider. En op lager en middelbaar niveau zijn er ook functies die fysiek minder belastend zijn. Zoals een administratief medewerker en een verkoopadviseur. Daarnaast kun je naast een onderscheid tussen opleidingsniveau ook een onderscheid gaan maken tussen man of vrouw (vrouwen leven langer) of rokers en niet-rokers (rokers leven korter), etc. Een koppeling van de AOW-leeftijd aan opleidingsniveau zou daarnaast ook de prikkel voor doorleren kunnen wegnemen. En tot slot kun je je afvragen hoe zwaar beroepen, als gevolg van robotisering, over tien of twintig jaar zijn. Het idee achter een variabele AOW-leeftijd op basis van opleidingsniveau is sympathiek maar er zitten heel veel praktische en ook wel principiële bezwaren aan vast.

 

Veel zware beroepen zullen minder zwaar worden

Veel zware beroepen zullen over een paar tot 20 jaar veel minder zwaar zijn. Een agrariër is vandaag de dag meer een operator van machines en computers dan iemand die vooral fysiek zware arbeid verricht. Dankzij robotisering zullen er steeds meer zware werkzaamheden door robots overgenomen gaan worden. In de verpleging worden er al tilrobots ontwikkeld en de voorspelling is dat zelfs meer dan 80% van het werk van een stukadoor op termijn door robots gedaan kan worden. Sommige zware beroepen zullen dus als gevolg van robotisering verdwijnen of een stuk minder zwaar worden. Via de beroepenzoeker kun je ontdekken hoe groot de kans is dat werkzaamheden die bij een beroep horen, overgenomen kunnen worden door robots.

 

Risicovolle beroepen

Een andere manier om te kijken naar de zwaarte van een beroep is het beoordelen van beroepen door de bril van een verzekeraar. Het FD publiceerde een artikel waaruit blijkt dat sommige beroepen dusdanig risicovol zijn dat verzekeraars hoge premies vragen voor een schade- of aansprakelijkheidsverzekering. Het betreft dan vooral beroepen met een hoge schadefrequentie aan voertuigen (taxichauffeurs en vrachtwagenchauffeurs) en beroepen met incidentele, maar zeer kostbare schades, bijvoorbeeld vanwege brand of aansprakelijkheid (veehouders, dakdekkers en verloskundigen). Sommige van deze risicovolle beroepen zijn inderdaad ook zwaar te noemen in de zin van fysieke werkzaamheden maar voor andere beroepen wordt de zwaarte vooral bepaald door het risico van aansprakelijkheid. Zeker als de premies zo hoog worden dat iemand onverzekerd werkt.

gevelreiniger

Kenmerk van zware beroepen

In de beleving van mensen hebben zware beroepen vooral een fysieke kant. Of nu je politieagent, verhuizer, bouwvakker of verpleger bent. In al deze beroepen werk je met je handen en moet je vaak fysieke werkzaamheden verrichten. In beroepskeuze termen worden dit soort beroepen ook wel getypeerd als realistisch. Realistische beroepen zijn het tegenovergestelde van een kantoorbaan. Andere voorbeelden van niet-kantoorbanen zijn een monteur, gevelreiniger en vrachtwagenchauffeur. Ben jij benieuwd of jij wel geschikt bent voor een kantoorbaan? Doe dan de beroepskeuzetest en ontdek hoe hoog jij scoort op het kenmerk realistisch.

Overzicht met zware beroepen in Nederland

Ondanks het feit dat er in Nederland geen officiële lijsten bestaan met zware beroepen hebben we er toch een aantal op een rijtje gezet. Waarbij er onderscheid wordt gemaakt tussen beroepen in het bedrijfsleven en de (semi)overheid. Om te bepalen of een beroep zwaar is, worden er in diverse landen verschillende criteria gehanteerd. Je kunt jezelf ook de volgende vraag stellen. “Kun je dit beroep heel je werkzame leven psychisch en/of fysiek volhouden of moet je takenpakket aangepast worden om je pensioenleeftijd op een gezonde manier te halen?"

Zware beroepen in het bedrijfsleven: 

Zware beroepen bij de (semi)overheid: 

 

Nog meer zware beroepen

De twee overzichten met zware beroepen in het bedrijfsleven en bij de overheid zijn niet compleet en geven vooral een indruk van het soort beroepen dat als zwaar wordt ervaren. Hieronder staan nog meer zware beroepen met een uitleg van mensen die dit beroep hebben (uitgeoefend). Heb je nog suggesties voor een zwaar beroep, laat het ons gerust weten en neem contact op.

Purser - Dick: “Het werk van cabinepersoneel in de luchtvaart is heel zwaar. Je hebt te maken met tijdsverschillen. Je werkt in een drukcabine, in droge lucht met weinig bewegingsruimte. Je hebt soms te maken met zeer lange werktijden. Er wordt momenteel onderzoek gedaan naar verhoogde kans op kanker door straling op hoogte. Je moet kunnen omgaan met agressies. Je moet je verplicht laten inenten en dient anti-malaria middelen te slikken. Je loopt risico op besmetting van vreemde ziekten door contact met bevolkingsgroepen over de hele wereld. En tot slot is de voeding vaak slecht, eet je op afwijkende tijden en is er sprake van continue geluidsbelasting.”

Kok - Anja: “Kijk maar hoe weinig oudere koks er zijn. Ik zie mezelf dit ook niet doen tot mijn pensioen. Hoewel ik het wel zou willen. Hele dagen staan, lopen, tillen. Met piekmomenten.” Peter zegt over zijn werk in de horeca en als kok: “Er zijn bijna geen gezonde ex medewerkers die kok zijn geweest. Heb zelf 38 jaar in heel hard moeten werken in de keuken en ben er zelf redelijk vanaf gekomen”

Offshore medewerker - Hans: “Je werkt dan op een boorplatform of productieplatform. Offshore medewerkers werken 14 dagen op en 14 dagen af, 12 uur per dag inclusief zon en feestdagen. Ze werken in die 14 dagen dus gemiddeld 168 uur, waarna een verplicht verlof van 14 dagen”

Monteur werktuigbouw - Bart: “Het werk is fysiek zwaar. Klimmen en klauteren, repareren en reviseren van gasturbines, tandwielkasten en generatoren waarbij de meeste delen met een kettingtakel verplaatst dienen te worden omdat ze te zwaar zijn om te tillen. Er wordt vaak langer dan acht uur per dag fysiek zwaar gewerkt in hoge temperatuur en luchtvochtigheid. 15000 stappen op de stappenteller per dag zijn geen uitzondering.”

Monteur buitendienst - Paul: “Is onregelmatig werk, je maakt lange dagen. Is fysiek zwaar en je staat tussen de klant en de werkgever in.”

Treinmachinist goederenvervoer - Zeegert: “Zeer onregelmatige werktijden, lange nachtdiensten (10 uur) en zware fysieke arbeid. Denk aan het koppelen en ontkoppelen van locomotieven en wagons en veel lopen op moeilijk begaanbaar terrein.”

Procesoperator in de zware industrie - Marc: “Ik draai nu al 34 jaar mee in de procesindustrie en geloof me, het is een zwaar beroep. Wij draaien vol continudienst (vroege, middag en nachtdienst). Ik heb het nog niet meegemaakt in MIJN loopbaan dat iemand met hetzelfde beroep als ik zijn officiële pensioenleeftijd gehaald heeft.”

Behanger - Cobus: “Schouders, rug, knieën, handen. Alles gaat kapot. Het is een beroep waar je heel je lichaam mee gebruikt.”

Vrachtwagenchauffeur - Karin: “Ik vind dat dit beroep zeer zeker onder zwaar beroep valt. Elke dag maximaal 15 diensturen, trekken met het zeil van opleggers, 10 uur geconcentreerd achter het stuur omdat je ogen voor achter en opzij moet hebben, het is slopend werk.” Geert zegt over zijn beroep als vrachtwagenchauffeur: “De meeste mensen denken dat vrachtwagenchauffeur een zittend beroep is maar dat is een misvatting. Het is niet alleen rijden maar ook laden en lossen en alle voorkomende handelingen tijdens die activiteiten. Volgens de arbeidswet mag je maximaal 12 uur per dag werken. Voor vrachtwagenchauffeurs is dat evenwel 2x per week 15 uur per dag en 3x per week 13 uur per dag. Dit omdat wij onder de rijtijdenwet vallen die volgens mij meer afgestemd is op chauffeurs die in de auto overnachten. Chauffeurs die dat niet doen moeten gewoon na die 15 uur naar huis en de volgende vroege morgen weer fris verder met de werkzaamheden. Dat betekent dat je dus maar 9 uur rust hebt inclusief het naar huis rijden, eten, douchen, even op de bank zitten en dan proberen te slapen en de volgende ochtend op tijd naar je werk rijden. Dit hou je niet vol tot aan je AOW-leeftijd met alle gevolgen van dien.”

Machineoperator - André: “Meer dan 30 jaar in ploegendienst draaien (vroege-/ middag-/ nachtdienst). Dit zijn tropenjaren en behoren ook tot de zogenaamde zware beroepen.”

Productiemedewerker - Yvonne: “Als productiemedewerker bij een drukker werk je in ploegendienst. Dat zijn tropenjaren, bovendien kan je niet op je eigen tempo werken, maar op die van de machine en dat kan je op hogere leeftijd niet meer aan.”

Laborant - Mari: “Ik werk als laborant in de procesindustrie. Ik vraag me af of dat geen zwaar beroep is. We draaien ochtenddiensten, avonddiensten en nachtdiensten. We werken altijd met (zeer) giftige en toxische chemische stoffen. Ik doe dit werk nu 30 jaar en het wordt steeds zwaarder. Ik vind de vroege ochtenddiensten het fijnst worden en tijdens mijn nachtdiensten slaap ik al jaren slecht. Wat mij betreft horen alle onregelmatige diensten (met nachtdiensten) tot de zware beroepen.”

Automonteur - Jan: “Wat te denken van automonteur. Dit is volgens mij ook een zwaar beroep. Er komt zeer veel tilwerk bij kijken en de druk i.v.m. de kosten is strak. Immers, tijd is geld.”

Bediening horeca - Ron: “Veel lopen , zware dienbladen , weinig pauze, lange dagen en onder hoge druk werken.”

Peuterleidster - Francis: “Zwaar lichamelijk werk waarbij je veel moet bukken en tillen. Door de hoge werkdruk is het geestelijk ook zwaar.”

Servicemonteur - Peter: "Veel lopen bij bedrijven op locatie. Zoals met zware materialen trappenlopen, ladders beklimmen en hoogwerkers op en af klimmen. Veel stof, vuiligheid en smeerolie. Soms zonder oordopjes werken want je moet ook bepaalde dingen kunnen horen. Rijden naar klanten in de drukte enz."

Operator in een chemische fabriek – Hans: ”Ik werk nu bijna 40 jaar als operator in een chemische fabriek. Met meerdere lichamelijke belastingen als ademlucht, chemische pakken enz. Maar vooral de 5-ploegendienst begint zijn tol op mijn lichaam te eisen. Als je dat 40 jaar doet, ben je echt wel versleten, kan ik uit ervaring zeggen.”

Docent - Yvonne: “Opvallend is dat België wel en Nederland niet het mooie ambt van docent/leraar als zwaar beroep erkent. Dit terwijl mijn ervaring is dat het een psychisch zwaar beroep is en dat vele docenten graag eerder willen stoppen met werken dan tot hun 67ste door moeten gaan.”

Supermarktmedewerker - Fred: “Sta er versteld van dat functie supermarktmedewerker ontbreekt op deze lijst. Hele dag vullen van producten. Doe dit werk al 46 jaar en heb inmiddels hernia klachten.”

Schipper - Jan: “Zelf ben ik schipper Rijn en binnenvaart. Dit zijn lange en onregelmatige dagen die continu 100% concentratie vergen. Mijns inziens ook een zwaar beroep.”

Onderhoudsmonteur - Guus: “Als onderhoudsmedewerkers bij de Drinkwaterbedrijven verricht je fysiek zwaar werk en moet er vaak in koude en natte ruimten gewerkt worden. De omstandigheden zijn niet ergonomisch gebouwd waardoor het onmogelijk is om in een comfortabele houding te kunnen werken.”

Ambulanceverpleegkundige - Sandra: “Werken op de ambulance is lichamelijk heel zwaar. Je treft patiënten aan in de meest bizarre posities. Je moet in ploegendienst werken. Je hebt zeer veel piekmomenten en wij komen in situaties terecht waar anderen voor weg lopen ….”

Beroepsduiker - Andre: “Als beroepsduiker moet je na je 50ste verjaardag ieder jaar gekeurd worden. Dit is een behoorlijke intensieve keuring en dit is niet voor niets. Als je gaat duiken moet je altijd een zware duikfles en lood meenemen om onder water te verblijven. Daarnaast werk je onder waterdruk. Deze waterdruk heeft een impact op je lichaam. Hierover zijn verschillende studies verschenen. Daarnaast is duiken fysiek zwaarder, naarmate je ouder wordt. Zie bijvoorbeeld het artikel in de Volkskrant ‘Met de leeftijd nemen risico’s op duikongevallen toe’. Beroepsduikers boven de 60 jaar zijn zelden te vinden, of ze zijn versleten of dood.”

Leerkracht - Ine: Het zou mooi zijn als ook leraren gebruik kunnen maken van de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU). Het verbaast mij, dat leraar nog niet tot de zware beroepen hoort, in België overigens wel! Dit zeker gezien het grote percentage burn-outs in het onderwijs. Mentaal is het echt heel pittig. Veel leraren gaan met vervroegd pensioen, omdat ze het niet meer aankunnen.

Monteur laagspanning - Laeyendecker: “Als monteur laagspanning lig je soms onder in de kruipruimte van bijvoorbeeld een stroomhuis stroomkabels van 15 cm dik in te voeren. We moeten vaak ook kabels van de haspel rollen. Deze haspels wegen vaak meer dan 500 kilo. Het werk gaat natuurlijk gepaard met alle weersomstandigheden waardoor we regelmatig in de modder op anderhalf meter diep staan of met 35 graden in de brandende zon staan te werken. Zo kan ik nog meer omstandigheden opnoemen, zoals lang in dezelfde houding moeten werken.”

Schilder - Sabine: “Als je jong bent is alles leuk. Als je ouder wordt voel je dat op een gegeven moment aan je lijf. Je krijgt op een gegeven moment ook last van versleten nekwervels, door het werken boven je hoofd. Ik werk ook met verven op basis van thinner en met 2 componenten lakken. Ondanks de beschermende kleding (maskers en handschoenen) merk je dit wel degelijk en heb ik dan vaak hoofdpijn. Krijg ook last van versleten knieën, door het vele werk op de grond. Denk hierbij plinten, radiatoren e.d. schuren, gaten dichten, gronden, plinten afplakken en plinten lakken. Ook ben ik vrouw en fysiek minder sterk dan een man. Ik doe dit beroep nu 33 jaar en voel echt wel aan me lijf wat ik die dag gedaan heb."

Hovenier - Rene: “Het is een mooi maar ook een zwaar beroep. Als hovenier doe je het werk van een bouwvakker, grondwerker, dakdekker en stratenmaker in een. Bij slecht en goed weer.”

Bakker - Harrie: “Ik heb meer dan 35 jaar in de bakkerijsector gewerkt en nog nooit een bakker boven de 55 jaar gezien. Al het zware, intensieve werk en de verschillende en wisselende diensten zijn slopend voor je lijf en gezin. En tijdens feestdagen moet je extra hard werken.”

Zweminstructeur - Jacintha: “Werken in een zwembad (als badjuf of -meester) is enorm zwaar. Zeer warme en ongezonde chloorlucht. Lawaaierige omgeving, druk en fysiek zwaar. Constante concentratie noodzakelijk. Veel verantwoordelijkheid. Daarom zou het werken in een zwembad zeker onder een zwaar beroep moeten vallen.”